Opleiding voor Economische Zaken: brainport en vlaai

‘Je hebt veel verschillende rollen die je actief en passief kunt invullen.’

Op de vijfde dag van de opleiding beleidsmedewerker Economische Zaken wil de docent het met ons hebben over arbeidsmarktbeleid en hoe je dat als gemeente vorm kunt geven.

Er wordt eerst een laptop op een tafel in het midden van de ruimte gezet.

De docent gaat voor de camera staan en zwaait: ‘Tobias, als jij dit niet ziet, betekent het dat er wat mis is gegaan met de opname naar de digitale leeromgeving uploaden. Zoals je weet heb ik twee linkerhanden.’

De docent vervolgt met een bekentenis over zijn eigen arbeidsomstandigheden: over twee weken begint hij aan een nieuwe baan bij de gemeente Eindhoven. ‘De brainportregio,’ zegt hij met nadruk. ‘Dat vind ik ook best spannend.’

Na die persoonlijke ontboezeming praat hij verder over de spanning tussen een leven lang ontwikkelen, jongeren die meer vrije tijd willen mkb’ers die slecht zicht hebben op hun behoefte aan arbeidskrachten over vijf jaar.

‘Daarom hebben we de Human Capital Agenda’s.’

Twee cursisten knikken begripvol. Ik vraag wat je als gemeente zou kunnen doen om zzp’ers te helpen. De docent antwoordt dat je eerst moet definiëren met wie je te maken hebt: ‘Zijn het vrije vogels, oftewel echte ondernemers? Of hebben we eigenlijk te maken met vogelvrije werknemers?’

Daarna moet je je eigen rol definiëren en hoe je die wilt invullen: actief of passief.

Ondanks dat hij al een uur aan het praten is, zijn we nog steeds bij de eerste sheet van zijn presentatie.

‘Even snel kijken, want ik raak van alles aan.’

De docent loopt naar de laptop zonder camera en klikt door naar de zevende slide met de woorden Triple Helix. Zijn ogen lichten op: ‘Ik denk dat we het hier in de toekomst veel meer over moeten hebben.’

Hij besluit de ochtend met een vraag aan de deelnemer met de beste inbreng: wil zij een stuk vlaai of een gesigneerd exemplaar van het boek Naar een circulaire economie, 300 pagina’s over hoe we minder grondstoffen en minder afval kunnen produceren?

De cursist kiest voor de vlaai. Dat geeft hoop voor de toekomst.