De lachende ambtenaar

‘Als je een leuke middag wilt hebben moet je met hem mee,’ zegt een procestechnoloog van het afvalwaterzuiveringsinstallatie (AWZI) in Gouda, terwijl hij naar een collega in een oranje hesje wijst. ‘Met mij moet je mee als je moeilijke vragen wilt stellen.’

Zo lijkt dit uitje van de afdeling Ruimtelijk Beleid en Advies te beginnen met een persoonlijkheidstest waarbij de procestechnoloog als de Sorteerhoed uit Harry Potter de groep in tweeën deelt.

Na de splitsing van de afdeling volgen enkele veiligheidsinstructies. Die zijn belangrijk.

‘We willen geen doden hebben en het laatste bedrijfsongeval was gisteren.’ Dat ging om iemand die met een schaar in zijn vingers knipte. Overigens hoeven we geen hesjes of afdelingskleding aan.

‘De oranje hesjes hebben we alleen in kindermaten, normaal komen hier vooral basisscholieren.’

Tijdens de rondleiding leren we dat een mens gemiddeld 75 gram bacteriën in zich heeft en medicijnen het lastigste uit het rioolwater zijn te filteren. Maar ook dat het waterbassin voor meeuwen een sauna en snackbar ineen is vanwege de aangename temperatuur van het water (variërend van achttien tot twintig graden) en de overheerlijke vetbolletjes die in erin drijven.

‘Stroom een beetje door,’ zegt de procestechnoloog tegen enkele achterblijvers die geen genoeg kunnen krijgen van het bruine water.

De rondleiding gaat naadloos over in een lachworkshop in de bibliotheek de Chocoladefabriek, gegeven door een man met een overhemd waarop een wereldkaart – natuurkundig, niet staatkundig – gedrukt staat. Het gaat hem er vooral om dat hij het belang van een positieve mindset wil overbrengen die zich laat verwoorden in een oud gezegde als: ‘Wie zaait zal oogsten.’

‘Go first!’ adviseert de lachcoach. Daarmee bedoelt hij dat je zelf de eerste stap kunt zetten om optimisme uit te stralen.

Als het rumoer in de zaal toeneemt en de lachcoach de aandacht wil voor het vervolg van de workshop worden we aangemoedigd een yell in te zetten.

‘Ik ben geweldig, jij bent geweldig, wij zijn geweldig,’ zingen we luid in koor. Een nieuw afdelingslied is geboren.

De lachcoach zegt dat lachen ook kan helpen om de pijn bij kinderen te laten verdwijnen als ze zich hebben bezeerd: lachen is afleiding.

Daarop verzekert de teamcoördinator economie een jonge vader dat hij dit advies niet in de praktijk moet brengen.

‘Een kind dat pijn heeft wil eerst gezien worden door de ouder,’ zegt ze plechtig.

De lachcoach besluit de middag met een flirtadvies: ‘Oogcontact is heel belangrijk. Eigenlijk valt dit buiten de cursus, maar als je iemand drie minuten lang aandachtig aankijkt, kun je volgens de wetenschap zomaar verliefd op elkaar worden.’

Of deze verleidingstechniek daadwerkelijk succes heeft opgeleverd voor de nieuwe collega’s op de afsluitende borrel (met bingokaart) is vooralsnog onbekend.