Als mijn collega vraagt wat mijn plannen zijn voor dit weekend zeg ik dat ik langsga bij een winkel om de kleur van ons nieuwe zonnescherm uit te kiezen.
Eerder die week bekende zij dat weekenden van haar niet groots of meeslepend hoefden te zijn, daarom geloofde ik dat ik haar mijn plannen wel kon toevertrouwen.
Toch heb ik goede hoop dat ons bezoek aan de zonweringsspecialist in Voorschoten op een bepaalde manier memorabel wordt. Ik voel dat achter de marketing van de zonweringspecialist een verhaal zit.
Naast een eigen Instagramkanaal met diverse reels heeft EyeLux Zonwering ook een website waar regelmatig nieuwsberichten op worden geplaatst met titels als ‘Onze monteurs hebben gelukkig geen last van hoogtevrees’. Ik vraag mij af wat de aanleiding van dit nieuwsbericht is. Wellicht dat een Google-review suggereert dat een montagespecialist bang lijkt voor grote hoogtes of zelfs van een trap is gevallen. Wellicht verklaart dat de vacature op de website voor nieuwe zonweringsmonteur.
Saaie keuze
In de winkel worden we ontvangen door een vriendelijke man die vriendelijk blijft wanneer Merlijn een keel opzet omdat hij uit zijn kinderwagen wil. Om hem rustig te krijgen, geef ik Merlijn wat rozijnen. Binnen vijf minuten heeft hij het eerste doosje op. Ondertussen werpt Joëlle een kritische blik op de 250 verschillende patronen voor het zonnescherm in de overtuiging dat maar één keuze de beste keuze is.
‘Wat denk je: moeten we niet toch voor een effen stof gaan? Het is wel saai,’ zegt ze op een toon waaruit ik opmaak dat ze door het enorme keuzeaanbod op dit moment ‘saai’ prevaleert boven ‘gewaagd’.
Ik zeg diplomatiek dat ik effen ook mooi vind. Om Merlijn bezig te houden geef ik hem een visitekaartje van één van eigenaren van Eyelux Zonwering dat op de bezoekerstafel ligt en kijk mee. Vervolgens lopen we om de beurt met een stukje stof door de winkel en houden het achtereenvolgens voor een felle TL-lamp en het daglicht.
Twee doosjes rozijnen, een boterham met humus en een tomaat-basilicumsnackstick verder kiezen we voor een doek met gele strepen dat ik als eerste had aangewezen toen we de winkel binnenkwamen. (Disclaimer: het was Joëlle’s idee om een doek met strepen te kiezen.)
Inschrijftafel
Terwijl Joëlle naar huis fietst, ga ik door naar het Repair Café in Voorschoten dat één zaterdag per maand open is om onze babyfoon te laten repareren. Vanwege het druilerige weer heb ik goede hoop dat ik snel geholpen word, maar dit valt tegen: bij binnenkomst zitten zo’n twintig mensen in het buurthuis te wachten totdat ze mogen aansluiten bij een van de tafels met techneuten.
Als ik mij wil aanmeldenbij het Repair Café, benadrukt de man in een Mart Smeets-trui achter de inschrijftafel dat ik hier niet mijn babyfoon mag achterlaten voor reparatie.
‘Zo werkt het hier niet,’ zegt de man. Ik vermoed dat hij deze woordgrap niet bewust maakt. Sowieso lijkt hij zijn vrijwilligerswerk erg serieus te nemen. ‘Het idee is dat je meekijkt met de monteur zodat je ook iets van de reparatie leert,’ besluit hij streng.
Ik knik begripvol en leg mij erbij neer dat ik er blijkbaar niet leergierig genoeg uitzie. Als ik vraag hoelang de wachttijd bedraagt, houdt hij het anderhalf tot twee uur. Ook mag ik niet tussentijds de wachtrij verlaten om naar de wc te gaan of een broodje te halen.
Ik besluit dat ik op een ander moment mijn geluk ga beproeven bij een Repair Café in Leiden.
Als ik thuiskom, zie ik op LinkedIn een filmpje van een Deense kinderopvang waar kinderen de hele dag door de modder rollen. De basisregel voor deze zogeheten skovbørnehaver (bos-kinderdagverblijven) luidt: “Er is geen slecht weer, alleen slechte kleding.”
‘Oh, dat is echt weer zo’n Scandinavisch ding,’ zegt Joëlle geërgerd als ik het laat zien.
Ik kijk nog eens naar het filmpje van de kinderen in de modder en besluit dat je na zo’n intensieve week waarschijnlijk wel behoefte hebt aan een weekend dat niet groots en meeslepend hoeft te zijn.
De afbeelding is gegenereerd met BlinkShot.